Hasseltse speculaas vindt zijn oorsprong in de jeneverstokerijen waar suiker een belangrijk restproduct was. Met deze gedeeltelijk verbrande suikers werd potsuiker of bruine suiker gemaakt. Hier werd bloem aan toegevoegd en de Hasseltse speculaas was geboren.
In de geschiedschrijving duikt een verwijziging naar de Hasseltse speculaas voor het eerst op in 1830 ten tijde van de Tiendaagse veldtocht. Er was toen sprake van een zeer voedzame koek die de bakkers van Hasselt bakten voor de Belgische troepen. Later werd de koek verfijnd met honing, kaneel, kruiden, eieren en maagzout. Die toegevoegde grondstoffen maakten van het eindproduct iets speciaals, een woord dat trouwens zeer dicht aanleunt bij het Hasseltse Speculaas.
Wat er ook van is, de speculaas blijft een lekkernij die misschien nog het best smaakt met een goed gekoelde borrel.